een gedicht van Jaap van der Hoest
De weg vertaalde ik.
Stenen kwamen op,
voeten voelden waar
het anders werd. Dan
taste ik, schuifelde. En
raadpleegde de cellen
boven, de hersenzolder.
Komen was gaan, paden
bewandelen, Voor keuzen
stond ik bij kruispunten.
Waar ging ik toch heen?
Mijn voeten brachten mij.
Verrassingen volgden.
Ik leerde werelden kennen.